Hypermobiliteitssyndroom

Deze content is medisch beoordeeld door orthopedisch chirurg Drs. J.I. de Jong. Jan Ide is reeds 35 jaar orthopeed en werkt bij de OPC Kliniek.

Leven met ‘losse’ gewrichten

Hypermobiliteitssyndroom | Kenmerken, Oorzaak, Diagnose & Behandeling

Vroeger als kind keek je met verbazing naar een circusartiest die zichzelf zo kon opvouwen, dat hij in een kleine glazen kubus paste. Deze spectaculaire act heeft niets met lenigheid van doen. Je kunt deze truc alleen opvoeren als je last hebt van het hypermobiliteitssyndroom (HMS). Dit is geen ziekte, maar een verschijnsel waarbij de gewrichten meer bewegingsruimte hebben dan normaal. Hoewel het hypermobiliteitssyndroom bij 4 tot 7 procent van de bevolking voorkomt, is er nog weinig over bekend. Inmiddels weten we wel, dat HMS meer bij vrouwen dan mannen voorkomt. Vaak zijn er geen klachten, zodat er geen behandeling nodig is. Dan spreekt men alleen over hypermobiliteit. Pas als er wel hinder van de ‘losse’ gewrichten wordt ondervonden, wordt deze afwijking hypermobiliteitssyndroom genoemd.

Wat is de oorzaak van het hypermobiliteitssyndroom?

Het gaat hier om een erfelijke afwijking die kinderen van één of beide ouders kunnen erven. Door een fout in de genen vinden er veranderingen plaats in het bindweefsel, waardoor de pezen en banden meer elastische eigenschappen krijgen. Dit heeft als gevolg dat ze hun steunende functie niet meer goed kunnen uitvoeren. Bij belasting zullen de banden zich niet aanspannen maar meerekken, zodat de gewrichten verder dan normaal kunnen bewegen. De spieren nemen de taak van de pezen en banden over om de gewrichten stabiel te houden. Daardoor moeten deze sterke weefsels meer inspanning verrichten en kunnen ze dus sneller overbelast raken. Dit kan pijnklachten geven aan de spieren en gewrichten.

Wat zijn de symptomen van het hypermobiliteitssyndroom?

Hoewel het hier om een aangeboren afwijking gaat, ontstaan de eerste klachten vanaf een leeftijd van 15 jaar. Niet iedereen met hypermobiliteit – ook wel hyperlaxiteit genoemd – ondervindt er hinder van. Als de spieren sterk en stabiel genoeg zijn om de functie van de zwakke pezen en banden over te nemen én als de gewrichten niet overbelast worden, merkt u amper iets van deze afwijking. Treden er wel klachten op, dan lijdt u aan het hypermobiliteitssyndroom. De meest voorkomende lichamelijke ongemakken bij HMS zijn: vermoeidheid en pijn in de spieren en gewrichten. luxatie hypermobiliteitOok is de kans op verstuikingen wat groter bij sporten of andere lichamelijke activiteiten. Als gevolg van overbelaste spieren kan er een peesontsteking of slijmbeursontsteking optreden.

De meest voorkomende klachten bij het hypermobiliteitssyndroom zijn ontwrichtingen van de gewrichten. Bij luxaties is de gewrichtskop helemaal uit de kom geschoten en bij subluxaties slechts voor een deel. Mensen met dit syndroom hebben zoveel ervaring met deze klachten opgebouwd, dat ze een uit de kom geschoten gewricht weer zelf terug kunnen zetten. Dit wordt reponeren genoemd. Hoewel een luxatie in elk gewricht kan optreden, komt deze klacht het meest voor in de knieschijf, kaak en schouder.

Welke andere aandoeningen kunnen ontstaan door het hypermobiliteitssyndroom?

Het is bekend, dat mensen met het hypermobiliteitssyndroom vatbaarder zijn voor andere lichamelijke aandoeningen. Het gaat onder andere om fibromyalgie, vermoeidheidssyndroom, Carpale Tunnel Syndroom, RSI aan arm, nek en schouders, bekkeninstabiliteit, hernia en scoliose. Deze laatste aandoening is een lichte afwijking van de wervelkolom. Daardoor kan rug- en nekpijn ontstaan.

Hoe wordt de diagnose hypermobiliteitssyndroom gesteld?

Bij vermoeden van HMS zal uw huisarts u meestal doorverwijzen naar een reumatoloog. Met een scan of een röntgenfoto kan deze lichamelijke afwijking niet aangetoond worden. De specialist zal dus een diagnose moeten stellen op basis van een uitgebreid lichamelijk onderzoek. U hebt het mobiliteitssyndroom als u voldoet aan de volgende twee hoofdcriteria: de klachten moeten in vier of meer gewrichten langer dan drie maanden aanwezig zijn. U haalt 4 tot 9 punten met de Beightonscore. Dit zijn 5 verschillende testjes van de pink, duim, elleboog, knie en heup die zowel links als rechts uitgevoerd moeten worden.

De diagnose HMS wordt ook gemaakt als u voldoet aan één van de hoofdcriteria plus twee van de volgende subcriteria:

  • volledige of gedeelte ontwrichting van de gewrichten
  • huidafwijkingen, zoals striae, overmatig rekbare huid of dunne huid
  • verzwakking van bepaalde organen

Heel soms wordt er een bloedonderzoek uitgevoerd om onderliggende ziekten uit te kunnen sluiten. Daarbij wordt vooral gekeken naar het Ehlers Danlos Syndroom (EDS) en het Syndroom van Marfan. Dit zijn allemaal bindweefselaandoeningen die gekenmerkt worden door hypermobiele gewrichten.

Hoe wordt het hypermobiliteitssyndroom behandeld?

brace hypermobiliteitEen aanleg is geen ziekte, aandoening of afwijking. Dat betekent dat het hypermobiliteitssyndroom niet behandeld of genezen kan worden. Meestal wordt u doorgestuurd naar een fysiotherapeut die helpt om uw spieren te verstevigen en leert hoe u uw gewrichten beter kunt ondersteunen. Daarnaast kan geadviseerd worden om bepaalde hulpmiddelen te gaan gebruiken, zoals steunzolen, bandages, braces, nachtspalken en hakverhogingen. Ook kunt u uw hypermobiele gewrichten ontlasten door uw huis aan te passen. Denk daarbij aan handgrepen, douchestoel, verhoogd toilet, aangepast bed en aangepaste keuken. Sommige hulpmiddelen worden vergoed door de zorgverzekeraar of de gemeente.

Deel dit bericht

Stuur door via e-mail Print pagina

Gratis boekje "Bewegen zonder pijn"

Download nu gratis het boekje ‘Bewegen zonder pijn’ t.w.v. € 4,95.

Download gratis

Heeft u vragen? Wij helpen u graag.
Neem contact op.

Beoordeling van dit artikel:
Eugene Matthijssen

Geschreven door Eugène Mathijssen

Hoofdredacteur van Bewegen zonder Pijn. Gezondheidsjournalist en auteur van diverse gezondheidsboeken. Zijn belangstelling gaat vooral uit naar alternatieve behandelingsmogelijkheden en andere natuurlijke kruiden en substanties met geneeskrachtige eigenschappen.
Neem contact op Eugène Mathijssen